Skip to main content
Weather Data Source: Wettervorhersage Agadir 30 tage

Gepubliceerd: 17 november 2024

Het laatste interview van Omar Benjelloun (1975)

Omar Benjelloun was een advocaat, journalist, politicus en vakbondsleider uit de jaren 1970. Hij was kritisch op de elite van zijn tijd. Hij werd op 18 december 1975 vermoord. Een week later publiceerde de Franse krant Libération een interview met hem. Zijn analyse van de politieke, sociale en economische ontwikkelingen in de regio is nog altijd actueel. Speciaal aandacht voor de verborgen motieven van buurland Algerije en het ontstaan van het conflict om de Sahara. Hieronder een samenvatting van het interview. Een originele kopie is hier te raadplegen als PDF document.

Is de aanspraak door Marokko op de Westelijke Sahara legitiem?
Marokko hoeft niets te bewijzen. Sahara maakt deel uit van onze identiteit. Dat is Zuid-Marokko. Frankrijk hoeft toch ook niet te bewijzen dat de Provence een Frans territorium is?

Dat is een argument van Hassan II. Trouwens ook de Provence begint een eigen identiteit op te eisen.
Wij zijn nog niet zo ver. Jullie, Europese marxisten, lezen de geschiedenis van andere volkeren door de Europese ogen. Het plakken van een nationale identiteit op een territorium is een logica uit de koloniale tijd. Allal El Fassi sprak van het Marokko uit de 16de eeuw. Het is alsof een Fransman het door Napoleon veroverde territorium opeist. Onze historicus Laroui die u als links beschouwt omdat zijn boeken bij uitgever Maspero verschijnen, is lovend over de monarchie. Maar dat is niet het probleem. We kunnen ook de hele Sahara opeisen omdat de nomaden de geestelijke autoriteit van de sultan door de eeuwen heen hebben erkend. In die tijd waren Algerije en Tunesië onder Ottomaans bestuur. De nomaden vielen daar niet onder. Antikoloniaal verzet heeft onze nationale eenheid gevormd. Geschiedenis brengt een dynamiek met zich mee die volkeren bewust maakt van hun identiteit. De Saharanen kunnen net zo goed de rest van Marokko opeisen omdat sommige dynastieën uit het zuiden kwamen.

Bij ons, als een dynastie ten einde komt staat er een nieuwe op. Marokkanen begonnen over hun nationale identiteit na te denken toen ze het hoofd moesten bieden aan Europees kolonialisme. Het verzet was sterk daar waar de Spanjaarden en de Fransen voet aan wal hebben gezet. Dat begon kort na 1900 in de Westelijke Sahara met het verzet van Ma-el Ainain. Daarna kwam Rif in de jaren 1920 onder leiding van Abdel Karim in opstand. Beide verzetsleiders waren tegenstanders van de makhzen (de centrale overheid, nvdr). Ze noemde het staatshoofd de "koning van de rumi" (rumi / arumi is de naam van de Europeanen in de volksmond). Ma-el Ainain ging een stap verder. Hij viel Marrakech aan. Dit waren de eerste patriotten. Daarom is Smara (de geboorteplaats van Ma-el Ainain in de Westelijke Sahara) heilig voor ons.

Voelen de Saharanen zich Marokkaans?
Er waren geen twee antikoloniaal verzetsgroepen, een Marokkaans en de ander Saharaans. Dat was eenzelfde groep die hetzelfde nastreefde. In 1954 sloten verzetsmensen zich bij het A.L.N. aan (Nationaal bevrijdingsleger). Dat werd in hetzelfde jaar opgericht als het FLN in Algerije. In het A.L.N. zaten Marokkanen uit het noorden en uit het zuiden. Ze waren actief van Tanger tot aan de grens met Mauritanië. Het Marokko van nu kreeg vorm in die jaren. Toen Mohamed 5 in 1956 de troon besteeg moest hij rekening houden met de gevoelens van het verzet dat nog actief was in de Sahara onder Spaanse bezetting.

De Sahara was volledig onder controle van het A.L.N.. De koning was daar bang voor. Hij wilde af van het leger en verleende medewerking aan de operatie Ecourvillion (een gezamenlijke militaire operatie van Frankrijk en Spanje, nvdr). Hierdoor kreeg Spanje weer controle dankzij de steun van het Frans-Algerijnse leger. In 1959 liet de koning overlevenden van de militaife operatie arresteren. Dat was een keerpunt. De monarchie liet haar ware gezicht zien. Het werkte samen met kolonialisme om de eigen belangen te verdedigen. De echte patriotten, dat zijn wij.

Maar voor het volk is Hassan II op dit moment de bevrijder. En in progressieve kringen bent u een handlanger.
Een Europeaan kan onze collaboratie met de monarchie niet begrijpen. Voor het eerst in de geschiedenis van links in Marokko valt onze tactiek samen met onze doelen en onze principes. De bevrijding van het zuiden is onlosmakelijk verbonden met onze politieke en sociale strijd. Dat is dezelfde strijd van twintig jaar eerder. We werden jarenlang monddood gemaakt. Een derde van onze leden zit in de gevangenis. Een derde is in ballingschap. De rest wacht in onzekerheid. Het land is in een politieke impasse geraakt. De Sahara zorgt voor een nieuw dynamiek. Wij strijden niet alleen voor definitieve landsgrenzen. Het volk begint ook te praten en te bewegen. Dat is sinds 1956 niet gebeurd. Onze beweging heeft zich herpakt anderhalf jaar nadat Hassan II ons vrij heeft gelaten omdat hij ons nodig heeft. We hebben weer media, meetings en aansluiting van de jeugd. We zijn op de universiteiten, in de fabrieken en in sommige rurale gebieden actief. We zijn kwalitatief vooruitgegaan. De oppositie vormt nu een front en is in staat een echte democratisering op te eisen met verkiezingen om deel te nemen aan de macht.

Dat is in het voordeel van de koning. Hij was in 1973 na de twee staatsgrepen en grote stakingen volledig geïsoleerd.
Ja natuurlijk. Maar dat is ook in ons voordeel. Dat is een subtiel spel. Wij eisen het hoogst haalbare met het risico om voorlopig weinig of niets te krijgen. Toen de koning een referendum over de Sahara wilde organiseren hebben we hem van gedachte doen veranderen. In plaats daarvan kwamen wij met het idee om een gewapende beweging op de been te brengen. Hij heeft uiteindelijk voor een vreedzame mars gekozen. Maar hij werd wel gedwongen het leger meer wapens te geven ondanks het feit dat hij de militairen wantrouwt. Dat is het begin van de verandering.

Volgens buitenlandse waarnemers heeft het leger een vorm van genocide in de Sahara gepleegd. Wilt u veranderingen ten koste van de Saharanen? Bent u niet bang dat links Marokko in diskrediet wordt gebracht?
Het leger zou de Sahara binnen kunnen trekken nadat eerst een pr campagne is gevoerd. Het leger heeft sinds de deelname aan de oorlog in de Golan de reputatie geen gevangenen achter te laten. Er is nu sprake van een pacificatie in de Sahara.

Pacificatie in de koloniale betekenis?
Er is geen andere definitie. Je kunt geen omeletten maken zonder eieren te breken. In deze fase is er geen weg meer terug. Je kunt je niet voorstellen wat het woord "tahrir" (bevrijding) voor ons betekent. De vertaling van het woord met de Franse "Libération" is niet sterk genoeg. Sahara heroveren is ons bestaansrecht. Het maakt me niet uit als we weer teruggaan naar de feodale tijd. Feodaliteit zal uiteindelijk voorbij gaan maar de Sahara blijft.

En het recht van volkeren op zelfbeschikking?
Welk volk? Sinds wanneer vormen 60.000 mensen een volk? Dat is ongeveer het aantal inwoners van een stadsdeel. Ze brengen hun tijd door als nomaden tussen drie verschillende landen.

En Polisario?
Polisario zijn kinderen van A.L.N. leden. Ze hebben in Rabat gestudeerd en waren actief in het UNEM (studentenvakbond) en het UNFP (socialistische partij). Het enige wat ze in die tijd eisten was integratie. Na de arrestatiegolf van 1973 zijn ze naar Algerije gevlucht, net als veel Marokkanen. Daar werden ze om de tuin geleid. Een inhalig en bureaucratisch bourgeoisie wil het beste deel van de Sahara in eigen beheer ten koste van onderontwikkelde buren. Saharanen werden misbruikt om een nieuw Algerijnse kolonie te creëren. De Algerijnen hebben dat later ook in Mauritanië geprobeerd.

Polisario is een Algerijnse creatie. Maar het idee komt van een zekere Lopez Bravo. Hij wilde het gebied om mineralen te plunderen. Spanje steunde hem en hielp lokale handlangers in opstand te komen. Algerije heeft landrovers en militaire kaders geleverd.

Heeft u bewijzen wat betreft Algerijnse militaire kaders?
Dat is vanzelfsprekend. Waar denkt u dat Polisario haar militaire training heeft gehad? Als we dat zo laten wordt de Westelijke Sahara de 31 ste Algerijnse Wilaya (regio).

Hoe verklaart u dat Marokko uitsluitend door reactionaire regimes wordt gesteund?
Algerije had ook steun gekregen tijdens de bevrijdingsoorlog.

Waarom bent u rancuneus tegen Algerije, dit terwijl de USPF in 1963 stelling nam tegen Hassan II in het conflict tussen beide landen?
Het is de geschiedenis van een ontgoocheling. Wij geloofden echt in de Algerijnse revolutie. We geloofden in de eenheid en maakbaarheid van volkeren in Noord Afrika. Ik kom uit Oujda aan de grens en kan ik u vertellen dat ik me in 1962 zowel Marokkaans als Algerijns voelde. Maar de metamorfose was te groot. De Algerijnse bourgeoisie is net zo erg als die van ons. Dezelfde repressie, dezelfde kleine dictators. Het zijn marionetten van het imperialisme. Ze hebben vrede met Hassan II gesloten om zich beter te concentreren op hun belangen. Ze hebben onze gevluchte activisten aan Oufkir (minister van Binnenlandse Zaken van Hassan II, nvdr) uitgeleverd. Dat kunnen we nooit vergeten.

De enige manier om Noord Afrika te ontwikkelen is de exploitatie van de grondstoffen in de Sahara. Dat was een idee van het OCRS (een regionale organisatie opgericht in 1957 door de koloniale administratie om de samenwerking tussen de landen te bevorderen, nvdr) maar dan in ons belang. Dat is de reden waarom wij koning Mohamed 5 hebben overtuigd om Tindouf en de ijzerertsmijnen niet terug te eisen. Frankrijk wilde reeds voor de onafhankelijkheid van Algerije het territorium aan Marokko teruggeven. In 1967 hebben wij voorgesteld om de grondstoffen samen te exploiteren. Dat was twee jaar na de ontdekking van fosfaat in Boukraa in de Sahara. Algerije en Marokko hebben tot 1973 geregeld onderhandeld.

En plots kwam er een einde aan de gesprekken. De Algerijnen hebben hun positie gewijzigd. Waarom? Dat is tot op heden onduidelijk. Ik denk zelf dat het kwam door de nieuwe positie van Algerije binnen de Beweging van Niet-gebonden Landen. De strijd om de hegemonie in de regio was begonnen. Maar je kunt Noord Afrika niet bouwen met ongelijke partners.

1973 was ook het jaar van de mislukte UNFP guerrilla. Ze waren in Algerije. Kunnen we zeggen dat de buren steun gaven om uw partij tegen te werken?
Boumediene heeft geen reden om trots te zijn. We hebben in onze partij revolutionaire leden. We keuren hun methodes af maar hebben sympathie voor hun idealen. U verwijst naar een sombere periode van onze beweging. Wij waren toen net als scouts. We werden verslagen omdat we onderscheid hebben gemaakt tussen politieke en militaire macht. Een strategische fout.

Vandaag hebben we een onverholen kans om beide te combineren. Maar een kans is nog geen zekerheid. Misschien zijn we nu al te laat. Wie weet hoe het gaat lopen als Hassan II en Boumediene zich verzoenen ten koste van ons en van de Saharanen. Alles is nog mogelijk. Ik weet dat de internationale revolutionairen ons in de gaten houden en vragen stellen. Ik wil ze vragen ons met rust te laten. Ze weten niet hoeveel we tot op heden hebben geleden omdat we onmachtig zijn. Het is vreemd om te ontdekken dat je door het gros van je vrienden aan je lot bent overgelaten. Maar alleen geschiedenis zal ons veroordelen als we fouten hebben gemaakt. (einde)